Sofie is een 22-jarige student en sinds een paar jaar worstelt ze met de vraag op wie ze valt. Ze heeft al een tijd een vaste vriend, maar voelt zich ook aangetrokken tot vrouwen.
Ze twijfelt dus over veel dingen en voelt zich somber, waardoor het haar niet goed lukt om te studeren. Het gaat steeds slechter met haar en ze zou daarom graag door de huisarts doorverwezen worden naar een psycholoog, dus ze maakt een afspraak.
Ze vertelt over haar problemen en haar huisarts kijkt haar kritisch aan. Vervolgens vraagt hij: ‘Denk je weleens aan zelfmoord?’, waarop Sofie nee antwoordt. Hieruit concludeert hij dat het slechts ‘levensfase problematiek’ is en geeft haar geen verwijsbrief, wat betekent dat een traject niet vergoed zal worden. Sofie weet niet hoe ze moet reageren en gaat naar huis. Vervolgens vertelt ze dit aan een vriendin, die verontwaardigd reageert.
Samen maken ze een nieuwe afspraak met de huisarts en bedenken ze vooraf wat ze willen dat het resultaat van de afspraak is. De vriendin gaat mee naar de afspraak en helpt Sofie met het vertellen van haar verhaal. Dit zorgt ervoor dat de arts toch de verwijsbrief schrijft die Sofie nodig heeft.